1
Inleiding tot het concept beheer van maatschappelijk verantwoord ondernemen overeenkomstig ISO 26000
- Normatief, wettelijk, regelgevend kader.
- Fundamentele principes.
- Voorstelling van de clausules van de norm en de zes centrale onderwerpen ervan.
- Voorlopige analyse en bepaling van het maturiteitsniveau van een programma voor maatschappelijk verantwoord ondernemen.
- Haalbaarheidsstudie en projectplan van een programma.
Praktisch werk
Redenen om de norm te implementeren, de uitdagingen begrijpen en de clausules interpreteren.
2
Een ISO 26000-programma voor maatschappelijk verantwoord ondernemen plannen
- Bepaling van de perimeter van het programma.
- Ontwikkeling van het beleid en doelstellingen.
- Vraagstukken en best practices op het gebied van mensenrechten en milieu.
- Vraagstukken en best practices op het gebied van zakendoen en met betrekking tot consumenten.
- Vraagstukken en best practices op het gebied van betrokkenheid bij de gemeenschap en ontwikkeling.
Praktisch werk
Specifieke doelstellingen en een perimeter vaststellen. Bespreking van de best practices.
3
Een ISO 26000-programma voor maatschappelijk verantwoord ondernemen implementeren
- Documentatiebeheer.
- Actieplannen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen.
- Ontwikkeling van een opleidings-, sensibiliserings- en communicatieprogramma.
- Beheer van de programma-activiteiten.
Praktisch werk
Opleidings- en sensibiliseringsplan, probleemoplossing, programmaverbetering en activiteiten.
4
Een programma voor maatschappelijk verantwoord ondernemen controleren, meten, verbeteren
- Controleren en toezicht houden.
- Ontwikkeling van metrische gegevens, prestatie-indicatoren, dashboards.
- Interne en externe evaluatie.
- Managementtoetsing van het programma.
- Programma voor voortdurende verbetering.
Praktisch werk
Hulpmiddelen voor controle van en toezicht op een programma, dashboard, interne audit, plannen voor correctieve acties.
5
Certificeringsexamen
- Gebied 1: Fundamentele principes en basisconcepten.
- Gebied 2: Gedragscode.
- Gebied 3: Een programma plannen.
- Gebied 4: Een programma implementeren.
- Gebied 5: Prestatie-evaluatie, controle en meting.
- Gebied 6: Voortdurende verbetering.
- Gebied 7: Voorbereiding op de evaluatie.
- Voorstelling van het certificeringsproces.
Certificaat
Examen van 3 uur.